Dag 1: Neck-Bellegarde

Een vaag geluid dringt tot ons door,we houden onze ogen nog even gesloten. Dan opnieuw het geluid, de wekker. Dinsdag 7 juli 5.15u, gelukkig is het al licht buiten.

Na een broodje, koffie en een laatste knuffel voor Bikkel en Billy, stappen we om 6 uur in de auto. De weg voert ons vanaf Neck langs Breda, Antwerpen, Waterloo en Mons. Vlak na Mons valt het ons op dat er veel mensen langs de weg zitten, naast hun auto met een krantje. We zien ook vlaggen van allerlei landen. Als we vervolgens ook nog gele pijlen zien hangen is het duidelijk; hier zal over een paar uur het peloton van de Tour de France langskomen. We zwaaien nog even vrolijk naar de mensen langs de weg en vervolgen onze route.
Omdat wij met de Landrover maximaal een snelheid kunnen behalen van tegen de 90 km/uur besluiten we de tolwegen te vermijden en de B-wegen te volgen. Deze voeren ons dwars door het Franse landschap. We lunchen tussen de graanvelden met een oerhollandse krentenbol. Tegen het eind van de middag komen we in de buurt van Parijs. Hoewel de Eiffeltoren heel wat meters hoog is, weet hij zich goed te verstoppen.
Na een rit van 680 km komen we aan in het stadje Bellegarde. Het is een oud stadje met gebouwen die niet zouden misstaan in sprookjes en tekenfilms. Het stadje staat bekend om zijn rozenteelt.
We staan hier op een rustige camping met veel groen en hebben net ons eerste vakantie-biertje geopend. Santé!